Parijs01.jpg

Aanmelden nieuwsbrief

Blijf op de hoogte met de maandelijkse nieuwsbrief
Gebruiksvoorwaarden

Inhoud winkelwagen

Winkelwagen is leeg.

Online-orgelconcert 19 maart 2021 in De Opgang Hoogeveen

Kijk en luister op vrijdagavond 19 maart 2021 vanaf 20.00 uur naar het online-orgelconcert van Minne Veldman op het Steendam-orgel in De Opgang te Hoogeveen.

Klik hier voor het programma.

Klik hier voor de digitale collecte.

Click here to donate from other countries (PayPal).

Deze vrijdagavond zijn we te gast in kerkgebouw De Opgang in Hoogeveen. Deze moderne kerk (gebouwd in 2004) heeft een royale akoestiek, waarin het Steendam-orgel uit 1990 prachtig klinkt. Sicco Steendam bouwde dit orgel (net als dat in Opeinde) naar voorbeeld van het Witte-orgel uit 1855 in de Oude of Pelgrimvaderskerk te Rotterdam-Delfshaven. Hij bouwde het in 1990 voor de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) aan de Bentinckslaan in Hoogeveen en verhuisde het instrument in 2004 naar het nieuwe kerkgebouw aan de Alteveerstraat. Daarbij werd de rode orgelkas wit geschilderd. Minne Veldman leerde het orgel kennen in de periode dat hij dirigent was van het Gereformeerd Mannenkoor Adoramus in Hoogeveen (2002-2013). Hij gaf van 2005-2016 tweemaal per jaar een concert op dit orgel. 

We beginnen dit concert met Nederlandse koraalmuziek: twee bewerkingen (van Feike Asma en Jan Zwart) over drie gezangen voor de lijdenstijd.

Johann Sebastian Bach schreef 21 bewerkingen voor toetsinstrumenten (orgel, klavecimbel) van concerti voor orkest van tijdgenoten als Vivaldi, Telemann, Johann Ernst en Marcello. Vijf daarvan zijn met pedaal en worden altijd op orgel gespeeld, zestien zijn zonder pedaal en gelden als klavecimbelmuziek. Maar bij deze zestien concerti is geen enkele originele vermelding "pro organo" of "pour le clavecin" bekend. Alle reden om ook de 'klavecimbelconcerten' op orgel uit te voeren. Dat geldt zeker ook voor het feestelijke vioolconcert van Antonio Vivaldi: Concerto in G-dur, BWV 973. Twee twinkelende, vingervlugge Allegro's omsluiten een prachtig lyrisch Largo.

Henry Thomas Smart (1813-1879) was een Brits componist en organist. Hij was de zoon van Henry Smart, muziekuitgever, dirigent en violist, en een neef van Sir George Thomas Smart, een van de grootste Engelse dirigenten van zijn tijd en ook organist aan St. Georges Windsor. Henry Smart jr. was een van de bekendste organisten van Engeland, eerst in Blackburn, Lancashire en later in verschillende kerken in Londen. Smart schreef o.a. cantates, kamermuziek, een opera, een oratorium, kerkmuziek en orgelmuziek. Deze avond horen we zijn Choral with Variations in E flat major (Es grote terts).

De Prélude, Fugue et Variation (1862) behoort tot de populairste composities van César Franck. In een verfijnd Andantino cantabile wordt een prachtige melodie gespeeld met de bovenwerkprestant (bij gebrek aan een Franse hautbois) tegenover een Mendelssohn-achtig contrapunt. Een kort Lento vormt de overgang naar een strenge fuga. Hierna keert de Prélude weer terug met zijn prachtige melodie, nu omgeven door een kabbelende, pianistische begeleiding. Een weldadig rustpunt in elk programma, om heerlijk bij weg te dromen.

De Amerikaanse organist en componist Gordon Young (1919-1998) schreef redelijk eenvoudige, maar zeer effectvolle orgelmuziek. Vooral zijn Prelude in Classic Style werd populair. In dit onlineconcert luisteren we naar zijn Cathedral Suite met zes compacte delen. Na een wervelend Praeludium klinkt een nabootsing van een klein carillon (Allemande) en een Aria met een gedragen melodie op repeterende akkoorden. Dan volgen een stoer Rigaudon en een ontroerend Sarabande (met een solo van de Vox Humana), waarna de suite afsluit met een spectaculaire Toccata. 

Tot besluit speelt Minne Veldman een eigen werk uit 2006, een vierdelige koraalfinale over Psalm 71. Het eerste deel is een speels trio, het tweede een orgelkoraal in Willem Hendrik Zwart-stijl. De hoofdmoot van dit werk wordt gevormd door het derde deel: een uitvoerig Fugato, dat bestaat uit zes korte fuga's, over elke koraalregel één. Elke korte fuga mond uit in een slotpassage met de melodie gespeeld in het pedaal. Aansluitend volgt een bruisende finale met een groots koraal. De bladmuziek van dit werk is uitgegeven in deel 5 van de serie Koraalbewerkingen.